Onze calamiteitendienst wordt onder andere door wegbeheerders en transporteurs ingezet voor het reinigen van het wegdek en (chemische) afvaldumpingen. Hierbij komen afvalstoffen vrij. De vraag die wij hier vaak over krijgen is: wat gebeurt er eigenlijk met deze afvalstoffen en hoe gaan wij hier mee om?

Wat zijn afvalstoffen?
Alle stoffen, preparaten of voorwerpen waarvan de houder zich ontdoet, wil ontdoen of zich moet ontdoen is een afvalstof. Voor afvalstoffen gelden specifieke regels. Er is een afvalstoffenbeleid dat staat beschreven in het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP). Voor veel afvalstoffen is in het LAP een sectorplan opgenomen.

De afvalstoffen die vrijkomen tijdens ons reinigingsproces zijn onder andere verf, olie-watersediment, kit, maar ook gasontladingslampen. Wanneer deze stoffen in kleine hoeveelheden vrijkomen dan valt dit onder Klein Gevaarlijk Afval (KGA).

Afvalbeleid
In het beleidskader van het LAP staat hoe we in het algemeen met afvalstoffen in Nederland omgaan. Dit kader geeft het beleid weer over afvalbeheer, vergunningverlening en toezicht, acceptatie, verwerking, inzameling en gescheiden houden van afvalstoffen.

Voor de inzameling van KGA bij bedrijven bestaat een apart inzamelsysteem. Klein Gevaarlijk Afval moet altijd gescheiden worden ingezameld en gescheiden worden bewaard van ander bedrijfsafval. Etikettering en transport moeten voldoen aan de eisen die daaraan gesteld worden door de Europese ADR-regelgeving. Hierin staan de voorschriften voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg in beschreven. De Europese ADR-regelgeving is onderdeel van het Nederlandse reglement voor het Vervoer over Land van Gevaarlijke stoffen (VLG).

Omgevingsvergunning
De inzameling en opslag van KGA doen we zorgvuldig. Wanneer iemand een tijdelijke opslag van KGA, afkomstig van buiten de eigen inrichting, heeft of wil inrichten, is een omgevingsvergunning van de provincie nodig. Voor de opslag van eigen afval heeft de gemeente bevoegd gezag. De voorschriften voor de opslag van KGA staan beschreven in het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling milieubeheer.

In de omgevingsvergunning worden onder andere eisen gesteld aan de opslag. Vaak betekent dit:

• De opslag dient te zijn voorzien van een vloeistofdichte vloer en een opvangbak;
• Het vermengen van verschillende afvalstoffen moet worden voorkomen;
• Gevaarlijke vloeibare afvalstoffen moeten worden bewaard in een gesloten verpakking. Er kan gebruik gemaakt worden van (al dan niet door het inzamelbedrijf aangeleverde) verpakkingseenheden (dozen of jerrycans tot maximaal 25 kg), of van andere opslagmiddelen (milieubox of container;
• De verpakking van gevaarlijk afval moet worden voorzien van een etiket.
  
  
  

Onze aanpak
Wij beschikken over een VIHB-registratie, een registratie die verplicht is voor bedrijven in Nederland die zich bezighouden met het vervoeren, inzamelen, handelen en/of bemiddelen van bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen. Daarnaast hebben wij een milieuvergunning en een PGS15 goedgekeurde opslagfaciliteit tot 10 ton. In PGS15 is onderscheid gemaakt tussen kleine opslagen van gevaarlijke stoffen tot 10 ton en grote opslagen van gevaarlijke stoffen vanaf 10 ton.

Voor de verwerking van het afval werken wij samen met Renewi. Zij komen op afroep of een keer per maand op locatie om het afval te registreren, indien nodig te bemonsteren en om dit af te voeren. Alle afvalstromen worden bij Renewi duurzaam verwerkt in daarvoor geschikte installaties.